DE ONDERAFDELING MOEJOE
MINDIPTANA
De hoofdplaats van de onderafdeling Moejoe is gelegen aan de Kaurivier
die zeker tot Mindiptana, en vermoedelijk bij hoge waterstand ook tot Woropko, voor kleinere schepen bevaarbaar is.
Schepen van het Carstenz-type b.v. De Cycloop behoort tot dit
type. Het is een K.P.M-er die de opvoer verzorgd voor Kepi, Agats,
Bade, Tanah-Merah en Mindiptana. Men heeft de Cycloop echter zes
meter langer gemaakt waardoor het tonnage op 100 is gebracht.
Mindiptana kan het schip daarom niet aandoen: de Kau heeft op
enkele plaatsen ondiepten, waar de Cycloop alleen bij zeer hoog
water overheen zou kunnen komen. Een hoge waterstand kan binnen
24 uur echter veranderen in een lage stand, en daarom begint men
er niet aan: de voorraden voor Mindiptana worden in Tanah-Merah
gelost. Voor het verdere vervoer naar de Moejoe heeft men de
beschikking over twee lichters met een tonnage van ongeveer 25,
en zo is een tijdige bevoorrading tegenwoordig gewaarborgd.
Het heen en weer varen van do twee lichters zorgt er bovendien
voor, dat wanneer men naar Mindiptana moet, het wachten te Tanah-Merah na de vliegreis van Merauke, niet langer dan enkele dagen
duurt. Bovendien heeft Mindiptana nog de boschikking over een
kleine boot, zoiets als de Garnael, die ook heen en weer vaart.
Een motorvlet zoals de Klotskoets zal het zonder hulp van een
buitenboordmotor op de rivieren zwaar hebben. Zonder tweede motor
zal de Klotskoets tenminste vier dagen doen over het trajekt
Tanah-Merah--Mindiptana (uiteraard alleen overdag varen om de
bomen te kunnen ontwijken die de rivier meevoert, terwijl de terugweg
drie dagen zal kosten. Tanah-Merah--Kepi kan dan worden
gevaren in 3,5 dag, de terugweg in 6 à 7 dagen.
Mindiptana heeft een vliegveld waar de Twin op kan landen, maar
daar wordt zelden gebruik van gemaakt. Er is sprake van dat de
Afdeling Zd-Nw-Guinea de beschikking zal krijgen over een
Beaver, die ook Mindiptana in haar vliegroute zou gaan opnemen.
Mindiptana is een aardig gelegen dorp. Er staan twee Chinese toko's die de gebruikelijke artikelen voorradig hebben. Alleen meer luxe zaken, filmrolletjes, kleine batterijen b.v. dienen in Merauke te worden besteld.
In de Kota wonen twee Europese bestuursambtenaren: H.P.B. de Groot (die zijn Nieuw-Guinea-Opleiding ontving gelijk met de tweede groep assistenten D.O.) en A.A. Born, distriktshoofd van Mindiptana.
Het fraaie ziekenhuisje wordt geleid door dokter Gitzels, die zijn talrijke patiënten verzorgd met behulp van enkele nonnen en autochtoon personeel.
Het Missiekomplex bestaat uit een gemengde V.V.S., een Lagere School en een ODO. De ODO is per september 1961 in gebruik genomen. (daarvòòr gingen de leerlingen naar Merauke)
De Kota heeft elektrisch licht van 18:00-23:00 uur.
Een passanggrahan is er nog niet. Daar wordt aan gewerkt, maar voorlopig worden gasten bij de Europeanen ondergebracht tegen het normale hotel-tarief.
LAND
De Moejoe vormt het overgangsgebied tussen het gebergte en de
laagvlakte. In het distrikt Woropko is het terrein sterk geaccidenteerd en proeft
men iets van de bergen, in het zuidelijke gedeelte zijn slechts lage heuvels en
begint men de laagvlakte te herkennen. Van Noord naar Zuid lopen de waterscheidingen,
heuvelruggen waarop de bevolking bij voorkeur haar kampongs
bouwt, en waarover ook de wegen lopen of zullen gaan lopen.
De waterscheidingen vervagen naar het Zuiden om helemaal te verdwijnen
in de luspunt van de kali Moejoe en de kali Kau. De wandeling van Kanggoep naar
Amboeran gaat dan ook door grote moerasvlakten.
Kleiner moeras bevindt zich tussen de waterscheidingen meer naar
het noorden, tot in het distrikt Woropko alles slechts droog is.
Op de talrijke rivieren na dan.
Gesteente wordt uitsluitend hier en daar in de rivieren aangetroffen: op het land is
alles modder. De vruchtbaarheid van de bodem is zeer matig.
Het toerneren in de Moejoe is een aangename bezigheid. De paden zijn over het algemeen
vrij schoon, er bevinden zich geen steile hellingen in de trajekten en de kampongs
liggen vlak bij elkaar.
Af en toe kan een rivier wel eens moeilijkheden opleveren, wanneer de brug weggeslagen
is door de bandjir of de brug uitsluitend is berekend voor autochtonen, en dus met de
grootste omzichtigheid genomen moet worden.
KLIMAAT
Het distrikt Woropko is zeer regenrijk. Bijna elke dag begint het laat in de middag te hozen en meestal te onweren ook. En dat laatste niet zo heel zuinig. In het zuiden is de regenval veel geringer. Overdag wordt het nooit erg heet, de nachten zijn vrij koel.
FLORA EN FAUNA
Het land is bedekt met een licht bos. Vooral de ondergroei is
matig, hetgeen het lopen ook vergemakkelijkt. De grootste last
bij het toerneren vormen de bloedzuigers, de linta's. In Woropko
zijn er niet vee1, in het zuiden des te meer, voor al als het pas
heeft geregend. Het beste middel om zich er tegen te beschermen
is muskietenolie (ter plaatse niet verkrijgbaar). Het sap van de
djeroek helpt ook uitstekend.
Slangen zijn er niet veel. De gevaarlijkste soort is die met een
naald aan het uiteinde van de staart. Na eerst gif door de beet
naar binnen te hebben gekregen, ontvangt het slachtoffer bovendien nog een injektie
met gif. (onjuiste bevolkingswaarneming ?)
Wanneer men het leven wil houden moet er wel onmiddellijk gepompt
worden. In de kampong Opka is het laatste slachtoffer enkele
maanden geleden gevallen: 'n jonge man. Uit louter nieuwsgierigheid stak die zijn
arm in een gat in de grond. Die arm ontmoette een slang.
Vogels zijn er maar genoeg. Ook kroonduiven, koem2 en paradijsvogels.
In Anggamboeran staat een speelboom van de laatste soort.
In de namiddag is het daar een drukte van belang.
Muskieten en agas2 zijn ook goed vertegenwoordigd. Het slikken van
een profilactum en gebruik van de klamboe is dringend aanbevolen.
Volgens mensen die het kunnen weten zal bij nalatigheid in dezen
onherroepelijk besnetting volgen. Malaria tropica.
Agas2 zijn er vooral in de kampongs langs de grote rivieren.