5. Sorong (vervolg)
Het vruchtvlees van zo’n noot is ook lekker en goed te eten. In zo’n noot zit
gauw 1 liter vocht, dus een aardige slok zou ik zo zeggen.
We zijn de rest van het eiland nog gaan bekijken. Ook naar de resten van wat
vroeger het marinierskamp geweest is.
|
![een stukje fundring van de vroegere marinierskazerne](image08-001.jpg) |
| een stukje fundering |
Dat was geheel gesloopt. Hier en daar nog een stukje
fundering, maar voor de rest was er niets meer.
Bijna de gehele bevolking liep met ons mee over het eiland. De mannen werden weer voorzien van een sigaret,
de kinderen van een snoepje. De moeder overste hebben we een geldbedrag in de hand gestopt voor de
kokosnoten. Dat hoefde niet zei ze, maar na enig aandringen van Chris, (die maakte ervan dat het voor het
gidsen was) werd het in dank aanvaard, want ook hier heerst armoe.
|
![mandiën doe je zo](image08-002.jpg) |
![bekijken van de visvangst](image08-003.jpg) |
![met hoge snelheid terug](image08-004.jpg) |
|
mandiën doe je zo. |
bekijken van de visvangst. |
met hoge snelheid terug. |
Na weer aan boord van de prauw te zijn gestapt werd de terugreis aangevangen.
Het weer werd iets minder mooi, het begon te waaien met als gevolg in tijd van een ogenblik vrij hoge golven,
zodat het buiswater met enorme hoeveelheden over het bootje heen spatte. Snelheid minderen? Wat is dat.
Volle kracht vooruit en dat bleef het.
De tweede man achter in de boot bleef nu aan een stuk door hozen.
We zijn langs Doom gevaren, maar dit is niet meer het klein eilandje van toen met z’n paar hutjes en
winkeltje waar je een koud biertje kon kopen als je op de steiger aan het zwemmen was geweest.
Terug in Sorong hebben we eerst iets gegeten want je krijgt na zo’n dag toch wel trek.
Daarna weer naar het hotel, lekker een koude douche genomen en een kijkje genomen in de stad zelf. Daar was
niet veel te beleven. Een en al armoe en nog eens armoe.
Naast ons hotel is een hele grote supermarkt waar we een keer inlopen om te zien wat er allemaal verkocht
wordt. Het is er erg druk. We staan dus een beetje rond te neuzen word ik op m’n schouder getikt en begint
een man tegen me te praten in het Hollands.
Hij stelde zich voor als Andreas ….. Hij had Hollands horen praten en wilde graag een praatje maken. Nou dat
kon. Hij vertelde dat hij zelf in Nederland geboren was, ergens in de Achterhoek. Zijn vader was vanuit NNG
naar Holland vertrokken, maar daar niet kon aarden. Toen Andreas 18 was zijn ze weer terug gegaan naar NNG
en daar woont hij nu nog. Zelf wilde hij niet meer terug, hij had het hier in NNG best naar de zin.
We nodigden hem uit voor een drankje in ons hotel en hebben nog een uurtje of wat met z’n allen gezellig
zitten babbelen.
Maandag 16/5
En daar stond hij weer in de lobby: Andreas en bood aan ons de stad eens te laten zien, hij was er goed
bekend uiteraard. We zijn naar diverse winkels geweest en hebben wat inkopen gedaan o.a. een gedetailleerde
kaart van NNG. Daarna naar een bank om geld op te nemen. We moeten straks het hotel en de vlucht naar
Hollandia, ons volgende reisdoel boeken en betalen.
De vlucht is geregeld, morgenochtend om 06.30 uur
vliegen. Dan zit Sorong er weer op.
We zijn op zoek gegaan naar een missiezuster. Mijn vader correspondeerde in de jaren 80 met een zuster die
een kloosterpost in Sorong had. Ik kon geen naam herinneren, alleen dat ze in Sorong gestationeerd was.
We werden naar een bepaalde straat gedirigeerd, daar moest ze wonen werd er gezegd. Er woonde inderdaad een
zuster, maar niet de zuster die ik zocht. Dit was zuster Ruth.
|
![op bezoek bij Zr Ruth](image08-005.jpg) |
![zr. Ruth, haar man, en Chris](image08-007.jpg) |
|
op bezoek bij zr. Ruth |
zr.Ruth, haar man en Chris |
Een Nederlandse zuster van in de 80, die samen met haar man hier in Sorong een Lepra kolonie had opgezet.
Lepralijders werden hier opgevangen en behandeld.
Toen we bij haar aankwamen werden we meteen uitgenodigd voor een kop koffie, goede, en een plak heerlijke
eigengebakken cake erbij, naar Hollands recept. Dat smaakte prima.
We hebben gezellig een uurtje zitten babbelen op haar terras. Ik stelde haar de vraag of zij die zuster was
waar mijn vader mee gecorrespondeerd had. Nee dat was ze niet, maar daar en daar was een soort klooster en
daar moest ik het maar proberen, de kans dat ze daar bekend zou zijn, was veel groter. We moesten
uiteraard het gastenboek tekenen, daarin stond ook een koppel hier uit Beesd. Die waren een jaar voor ons
bij haar op bezoek geweest.
Na afscheid genomen te hebben en een donatie voor het Leprafonds, wat onder dankzegging werd ontvangen, want
de middelen die de kolonie nu ter beschikking stonden waren onder het huidige ‘bewind’ zo gering
dat iedere ondersteuning van harte welkom was, gingen we op weg naar dat andere adres.
Hier bleek dat er inderdaad een
zuster gewoond had die contacten had in Nederland, maar ze woonde er niet meer. Twee jaar geleden had
ze een andere missiepost gekregen op Flores. Ja, en dat lag net even buiten de route die wij gepland hadden.
En weer is er een dag om. We hebben de rekening van het hotel betaald, de koffers gepakt, morgenochtend
naar Hollandia. Bij het afrekenen bewees Andreas dat hij hier echt ingeburgerd is. Jan vroeg om de
rekening. Die werd opgemaakt en voorgelegd. Andreas ziet het en grijpt meteen in. Hij begint tegen de
baliemedewerkster te praten alsof ons een zeer groot onrecht is aangedaan, het was een schande om ons
‘uit te kleden’ etc.
Hij kreeg het voor elkaar dat we ruim 30 % korting op de rekening kregen en dat scheelde weer een behoorlijke
slok op een borrel.
Dinsdag 17/5
Vroeg op deze ochtend, we moeten om 6.00 op het vliegveld zijn.
De taxi die we besproken hadden was uiteraard te laat, tijd is rekbaar, de hele tijd dat deze chauffeur voor
ons gereden had was hij op tijd en uitgerekend nu was hij er niet.
We hebben een andere taxi moeten nemen
om op tijd op het vliegveld, nou ja vliegveld, te zijn.
Je komt via de hoofdweg op een hobbelig zandpad, afgesloten door een slagboom, daar moest de taxi om heen en
kon dan naar de ‘aankomsthal’. Daar werden de koffers uitgeladen en uiteraard ook hier weer een aantal
dragers die de koffers 5 m verder weer neer wilden zetten. Dat stuk konden we zelf ook wel.
Alles was nog
gesloten, het was ondertussen wel tegen 6.30 uur geworden. Ik heb zelden zo’n warboel meegemaakt als daar zo
vlak voor een eerste vlucht. Na verloop van tijd gaan de deuren naar de vertrekhal open en kunnen we naar
binnen. Ook hier weer die controlepoortjes die niet werken, blijkt uit eigen onderzoek.
Ik had n.l. m’n heuptas waarin diverse dingen, naast de camera’s, inzaten zoals b.v. m’n
sleutelbos. Die werd op alle luchthavens gesignaleerd, maar hier gebeurde er niets.
Nu werd het wachten op het vliegtuig. Dat moest nog ‘voorgereden’ worden.
Eindelijk konden we dus instappen. Een kleine 30 personen zaten er in.
Het vliegtuig steeg op en na verloop van een klein half uur klonk een stem over de omroep:
Lady’s en Gentlemen, er is een kleine wijziging in het vluchtplan gekomen. We vliegen nu naar Manokwari
(i.p.v. naar Biak, zoals de bedoeling was). Passagiers voor Biak moeten daar overstappen in het vliegtuig
dat daar gereed staat. Ruim de helft van de passagiers was voor Biak bleek later. Er werd geen woord over
gesproken, er werd niet gemopperd of zo. Het schijnt vaker voor te komen.
In Manokwari kwamen een aantal nieuwe passagiers aan boord en de vlucht werd voortgezet.
Na een rustige vlucht, voor een relatief klein vliegtuig kwamen we op Hollandia aan.
Reacties op dit artikel via het forum
|