Disclaimer

naar vorige pagina naar volgende pagina

MET DE CENTRAAL NIEUW-GUINEE EXPEDITIE A° 1920 NAAR EEN ONBEKENDEN VOLKSSTAM IN HET HOOGGEBERGTE (5)

H. J. T. BIJLMER (Met 2 foto's en een schetskaartje)

Een heerlijk watertochtje wachtte ons dien ochtend, welkome afleiding na het maandenlange verblijf op de basis. Men denke niet, dat het in een dajakprauw zoo ongemakkelijk zitten is: op een bamboedekje, met den rug tegen de lading geleund, is het best uit te houden. Als in een wherry schiet men door het water met het opwekkend gezicht van de onvermoeid voortroeiende en steeds opgeruimd blijvende Dajaks voor zich. Tegen den middag bereikten we ons nachtbivak bij den "tulband", van steen wel te verstaan. Een groot rotsblok, ongeveer 6 M. boven het watervlak uitstekend, lag op korten afstand van den linkeroever. Nog eenige kleinere steenklompen lagen langs den waterkant verspreid. De rivier baant zich hier met een lichte versnelling een weg over een drempel van andesiet. Dank zij den lagen waterstand was een breede strook gronds, uit helderwitten gelaagden steen bestaand, bloot gekomen; deze bood een uitstekende gelegenheid voor het opzetten onzer nachtverblijven.

Na een kop koffie en een bordje havermout gingen we den volgenden morgen om zeven uur weer verder in de prauwen. De rivier kronkelde voortdurend tusschen heuvels, aan weerszijden zeer gelijkmatig omhoog rijzend, alle uitzicht en doorzicht belemmerend, en altijd bedekt met hetzelfde groen. Daar de ochtend somber bleef, was het een doodsche tocht, totdat we om negen uur de Marinevallen bereikten. "Vallen" is wel wat sterk uitgedrukt, maar het is toch een woelige watermassa, tusschen forsche steenklompen heenjagend. We vonden het althans geraden de wankele bootjes te verlaten en klauterden maar liever langs den oever. Van een uitstekende rotspunt, waarlangs onze prauwen met rottankabels moesten worden heengesjord, genoten we een prachtig uitzicht over den bruisenden stroom. Nadat we ons weer hadden ingescheept, kwamen we na drie kwartier voor de beruchte Edivallen, het eindpunt van dien dag. Deze gaven voor de prauwen heel wat last, wij waren uitgestapt en maakten de wandeling langs den kant. Ons oeverpad was van zeer bijzondere makelij: het bestond uit een aaneenschakeling van boomstammen, die dwars over kuilen en ravijntjes heen recht toe recht aan naar de bivakplaats voerde. Het was een echt dajakpad, want voor ons, Europeanen, was de dikte der gebruikte stammen soms huiveringwekkend gering. "Edivallenbivak" de plaats, waar de spits onzer expeditie langer dan een maand wegens hoog water gevangen zat, lag alleraardigst op een plek, die de vallen geheel beheerscht. Echter was het plekje verbazend beperkt, met eenige luttele vierkante meters vlakken grond tusschen de rotsblokken moesten we zien uit te komen. Een hevige donderbui, die alles nat en glibberig maakte, vergemakkelijkte ons huishouden daar allerminst.

Den volgenden morgen ging het weer verder, onder sombere lucht. We hadden dezen dag het nagenoeg rechte, zuidoost loopende rivierstuk af te leggen, dat van de Edivallen - deze liggen ongeveer oost ten opzichte van Pionierbivak - naar de Bataviaversnellingen voert. Aangezien het weer triestig bleef, was het een vervelende tocht. "Oerwoud", begrip waaraan de westersche geest vastkoppelt de gedachte aan wild-schoone, woest-trotsche, maagdelijke dus majestueuze natuur, is een eentonig beeld van stelsellooze veelvormigheid en verwarrende verdringing. Geen monumentale figuren, die het landschap teekenen, geen strakke lijn, die overheerscht. Het is alles "kool" en speciaal boerenkool. — Het dal, waardoor de stroom ons voerde, was smal; we voeren onmiddellijk tusschen hellingen van 45° en meer, en de vele afschuivingen - soms echte rutschbanen van vele tientallen meters hoog — bewezen, dat deze zich nog onophoudelijk wijzigen. Na een rustpauze op een rolsteenbank langs den oever, waarin we ondanks onze onzachte zitplaats smakelijk een portie hard brood met gesneden kalfslever van Tieleman en Dros verwerkten, bereikten we in den middag onze overnachtingplaats. Dat was ditmaal een breede zandplaat, op den hoek van een zijriviertje buiten het bosch uitstekend. De andere oever van de zijrivier werd gevormd door een torenhoogen kalen rotswand, waarnaar we deze plek Wandbivak doopten.

Op den vierden dag van onze prauwvaart moesten de laatste hindernissen van het Van Rees-gebergte worden overwonnen: de Bataviaversnellingen. Na een paar uur roeiens werden ze bereikt en we hadden een paar uur noodig om er door heen te komen. Want de eene versnelling volgt op de andere. Geen van alle bij dezen lagen waterstand bijrondere zorg barend, eischten ze toch door hun schier oneindige reeks heel wat inspanning van de roeiers. De prauwen moeten eigenlijk voortdurend tegen niveauverschillen van één tot twee decimeter worden opgeroeid, -geboomd, -geduwd of -getrokken. Onder algemeen geschreeuw wordt met de dajongs (roeispanen) aangezet, de prauw schiet voort en duikt in de bruisende versnelling. Daar komt ze weldra tot stilstand door den fellen tegenstroom, maar reeds zijn de voorste roeiers op den oever gesprongen met de rottanstreng in de hand en onder luid gejoel wordt het vaartuigje door de versnelling heengesjord. Men moet de lui zien trekken, springend van rotsblok op rotsblok, terwijl hun kameraden in de prauw in razend tempo roeien of boomen met hun lange stokken. Is de versnelling verder van den oever verwijderd, dan springen eenige roeiers uit de boot op den rotsbodem, die natuurlijk altijd vlak onder de schuimende golven kan worden vermoed, en duwen de prauw over den rotsrempel heen, terwijl de inzittenden met enterhaken elk boven het water uitstekend steunpunt trachten te benutten. Bij onzen lagen waterstand ging alles onder een pretje door; bij hoog water is men gedwongen steeds onder den wal te blijven en zich daarlangs moeizaam voort te sjorren.

De laatste heuvelrug lag achter ons, de rivier verbreedde zich en om een bocht verscheen het lage land: de Meervlakte. Op den rechteroever ontwaarden we Bataviabivak op een steil uit het water oprijzende ±10M. hooge landtong.

Ook voor reacties op deze herinneringen kun je terecht op het prikbord/forum.

naar vorige pagina naar volgende pagina