|
Pegantara Tahun 13 no 14 (vervolg)Artikelen in Nieuwsblad voor Nederlands Nieuw Guinea, 8 - 15 april 1961 Deze aflevering van Pengantara was geheel gewijd aan de installatie van de Nieuw Guinea Raad. Pagina 2 en 3 van het weekblad bevat de volgende artikelen verdeeld over meerdere pagina's:
Mevrouw Stoffels-van Haaften : „Een volksvertegenwoordiging dient een getrouw beeld te zijn van het volk dat zij vertegenwoordigt"Mijnheer de voorzitter. Het is nog maar kort geleden, dat enige inwoners van Nieuw-Guinea een studiebezoek brachten aan
Nederland. Het verheugde ons, dat zij daarbij de tijd vonden ook beraadslagingen van de Nederlandse
volksvertegenwoordiging bij te wonen. De medezeggenschap, die Uw Raad zal krijgen, houdt vanzelfsprekend het recht in van toezicht op het gouvernement, maar belangrijker is, dat Uw Raad door eigen initiatief positief kan bijdragen in de verdere opbouw en ontwikkeling van Nieuw-Guinea. U en de leden van Uw Raad zullen de staatkundige gestalte aan de samenleving in Nieuw-Guinea moeten gaan geven. Het voorrecht, mijnheer de voorzitter, dat ons, Nederlandse parlementsleden, ten deel valt om aanwezig te zijn bij de installatie van de Nieuw-Guinea Raad, waarderen wij bijzonder. Onze aanwezigheid symboliseert de familieband tussen Uw parlement en het onze. Deze band openbaart zich door het gemeenschappelijk beginsel van een vrijheid, die naar wetten luistert en de gemeenschappelijke overtuiging, dat het landsbelang en het welzijn der bevolking het beste worden gediend door samenwerking van regering en volksvertegenwoordiging. Wij willen niet, mijnheer de voorzitter, dat deze familieband U zeer zal knellen, maar wij zouden het wel op prijs stellen, indien U het zinnebeeld daarvan zoudt willen aanvaarden in de vorm van een geschenk voor het huis van Uw Raad. Dit geschenk kan ik nog slechts symbolisch overhandigen, nu ik zelf nog de eerste paal in de grond mag slaan voor het gebouw, waarin het geschenk - met Uw goedkeuring - een plaats zal kunnen krijgen. Ik moge U voorlezing doen van het besluit van de beide Kamers van de Nederlandse volksvertegenwoordiging, dat luidt als volgt: "De Staten-Generaal, van oordeel, dat de installatie van de Nieuw-Guinea Raad een zeer belangrijke schakel betekent in de ontwikkeling tot zelfbeschikking; vervuld van grote vreugde over deze ontwikkeling; wensen aan deze vreugde uiting te geven door het aanbieden van een versiering voor het gebouw, waarin de Raad zijn bijeenkomsten zal houden, in het vertrouwen,dat dit geschenk tot in lengte van dagen zal mogen getuigen van de vriendschappelijke gevoelens van de Staten-Generaal ten opzichte van het volk van Nieuw-Guinea". U staat mij toe, dat ik U dit besluit als oorkonde, verpakt in dit kistje, overhandig. Ik hoop, dat de Nieuw-Guinea Raad ons geschenk, over welks uiteindelijke vorm wij nog graag overleg willen plegen, wil aanvaarden met onze beste wensen voor een vruchtbare parlementaire arbeid De heer Boendermaker: "Wederzijds begrip"Mijnheer de voorzitter, Als ondervoorzitter van de Raad van Diensthoofden valt mij de eer te beurt namens deze Raad een kort
woord te mogen spreken. Als symbool van de goede verhoudingen welke naar ik hoop tussen beide raden zal ontstaan, zou ik hier
de Nieuw-Guinea Raad namens de Raad van Diensthoofden een geschenk willen aanbieden. Er is lang over
gedacht welk geschenk hiervoor nu het meest passend zou zijn. Ten slotte is besloten dat een geschenk,
hetwelk een symbool kan zijn van de overdracht van de goede vergadersfeer van de Raad van Diensthoofden
aan de Nieuw-Guinea Raad, hier op zijn plaats zal zijn. Uit ervaring weet ik, dat hoe geanimeerder de
vergadering wordt, hoe meer de leden in het roken een kalmeringsmiddel zoeken voor de gespannen zenuwen.
Daarom dachten wij U als geschenk ter gelegenheid van de opening te mogen aanbieden, deze asbakken, die
U voor U hier op tafel ziet. Ik hoop dat zij nog lang in de Raad dienst mogen doen. "Resultaat van een toekomstige ontwikkeling hangt af van een wederzijdse goede verstandhouding en een wijs beleid"Uit de rede van de heer Cleland, Administrator van TPNG, was het volgende te beluisteren: Mijnheer de voorzitter. Het is inderdaad een groot voorrecht en genoegen te zijn gevraagd u allen vandaag toe te spreken bij deze historische gelegenheid in het leven van Uw gebiedsdeel en de volkeren welke deel uitmaken van uw bevolking - van hen die reeds zijn gevorderd en thans een prominente plaats innemen in hun aangelegenheden, en hen die nog verblijven in de onontwikkelde gebieden. Als bewindhebber van Papua en Nieuw-Guinea breng ik U de welgemeende groeten over van alle volkeren
van ons gebiedsdeel, en namens hen dank ik U voor deze gelegenheid om U deze boodschap over te brengen
en te zeggen met hoeveel interesse wij Uw vooruitgang gadeslaan en het werk dat is gedaan door Uw
Gouvernement. Daarom, indien ik het zo mag zeggen, mijnheer de voorzitter, zonder aanmatigend te zijn,is het
gelegen aan Uw Raad en aan de mijne in Papua en Nieuw-Guinea om waar te maken dat wij onze problemen en
beraadslagingen benaderen met sympathie, met begrip en vooral met staatkundig beleid,. leder van ons
heeft onze problemen te overwinnen, ieder op onze eigen manier, maar ik ben er zeker van dat indien wij
ons erop toeleggen ten aanzien van de doelstellingen van het bestuur waarnaar ik reeds verwees, wij geen
vrees behoeven te hebben voor de toekomst van 't volk dat wij dienen. Gedurende de laatste vijf jaar ben
ik in de gelegenheid geweest Uw gebiedsdeel driemaal te bezoeken, eerst toen Uw vroegere Gouverneur, dr.
Van Baal, hier was en de tweede maal in de laatste tijd met Zijne Excellentie dr. Platteel. Zoals ik reeds heb gezegd, mijnheer de voorzitter, heeft Uw Raad een groot en verantwoordelijk aandeel in de vooruitstrevende oplossing van Uw problemen en de voortgang van Uw volken. Ik doe U weten dat in die taak onze beste wensen U vergezellen ten aanzien van Uw succes en mogen Uw overwegingen worden geleid in de juiste banen tot een voortdurend voordeel van het volk dat U vertegenwoordigt. "0nze wens is : onverbreekbare betrekkingen tussen beide delen"De heer Niall, leider van de delegatie van het Legislative Council van TPNG: Mijnheer de voorzitter. Namens de delegatie van de Legislative Council van de Territory of Papua and New Guinea, moge ik in
de eerste plaats de oprechte dank uitspreken voor Uw uitnodiging tot bijwoning van deze historische
gebeurtenis. Wij gevoelen ons allen vereerd aanwezig te zijn bij deze officiële opening, in het
bijzonder waar wij ons zelf beschouwen als te vertegenwoordigen een broederraad uit een nabuurland. Mijnheer de voorzitter, het is met groot genoegen dat ik U namens de delegatie een geschenk aanbied van de Legislative Council ter gelegenheid van deze gebeurtenis, in de hoop dat het bewaard zal blijven met de notulen van deze belangrijke dag in de ontwikkeling van de Regering in Nederlands-Nieuw-Guinea. Wij wensen Uw raad alle succes toe op het doornige pad naar zelfbestuur, en U kunt verzekerd zijn van
onze beste wensen en van iedere mogelijke hulp voor het bereiken van ons gemeenschappelijk doel.
|