Morning Star - officële vlag van West Papua

 

Welkom
Verantwoording
Fotogalerij
Handige Links
Reageer
Gastenboek
De Judas-kus
NieuwGuinea in media
Prikbord
Bezoekersbijdragen



 



  naar vorige pagina naar volgende pagina

Richard de Vries - EEN VETERAAN VERTELT

DEEL 4 DE NIEUW - GUINEA PERIODE OKT. 1959- APRIL 1961

Hoofdstuk 3.
pagina 17

bij de plantersfamilie Ransiki Ik had inmiddels al een paar schoten in de lucht gegeven om aandacht te trekken, maar moest toch zuinig met mijn munitie omgaan. Je weet in zo’n situatie niet hoelang dat zo blijft en waar je nog munitie voor nodig hebt, om je leven te redden. Ik had ook een dolk, een aansteker en bij dat geweer nog maar 8 patronen.
Terwijl ik daar zo rustig zat te denken en een sigaretje te roken, hoorde ik iets van achteren. Ik pakte mijn geweer en draaide me direct plat op de grond om. Eerst merkte ik niets en toen zag ik op een 40 meter afstand een Papoea omhoog komen met zijn pijl en boog. Ik schrok me rot. En toen kwamen er nog 4 man te gelijk omhoog met kapmessen in hun hand. Ik had mijn geweer inmiddels op scherp gezet en in de richthouding. Ze bleven staan en begonnen te schreeuwen. Je moet in honderdste secondes beslissen wat je moet doen om zelf te overleven. Schieten in de lucht, of gelijk iemand maar neerschieten, zodat de anderen op de vlucht slaan. Of is in deze situatie overgave de beste optie en dan afwachten wat er dan met je gaat gebeuren? Ik voelde aan, dat die paar kogels die ik bezat, tegen een overmacht van Papoea’s niet voldoende was. Ik ging staan en bleef staan en stak toen mijn geweer boven mijn hoofd, als teken van overgave. Dat begrepen ze. Ze kwamen toen, gelijk op me af snellen. En toen was er even een moment, dat ik dacht: "Had ik dat toch niet moeten doen? Wat gaat er nu met mij gebeuren? " Ze stonden om me heen en lachten. De leider gebaarde, dat ik hem moest volgen. En inderdaad op nog geen 400 meter verder op, was een landweggetje. Die liepen we af en toen nog zo’n 300 meter verderop stond de assistent van de planter met een motorfiets klaar om mij weer naar het plantershuis te vervoeren. Hij vertelde mij dat ze een 50 tal Papoea’s het gebied in hadden gestuurd, in groepjes van 5, om mij levend of dood terug te brengen. En het groepje die mij vond kreeg een beloning.

na de jachtpartij RansikiIk kwam aan bij de planter familie, die mij wel goed kende. Hij gaf me een hand. Ik zei: "Sorry". Hij leidde mij naar binnen waar het hele gezelschap aan de uitgebreide rijsttafel zat met de nodige drankjes.
Even geklap en toen ging de Kolonel ,Commandant van de Karel Doorman, staan en zei:"Ben blij dat je er weer bent. Maar wens wel een verklaring van je te horen, om hierna ons excuus als uitgenodigde groep, bij de planter aan te kunnen bieden. Steek maar van wal, wij luisteren." Ik begon en zei: "Ten eerste natuurlijk hartelijk bedankt voor de directe en grote professionele zoekactie, die hiervoor werd opgezet en met het resultaat daarvan. Hoe is het gekomen, dat ik achter bleef. Deels mijn eigen schuld, omdat ik niet constant mijn voorganger in het oog hield. Maar ook door de slechte sanitaire voorzieningen in het bos. En deels door de nieuwsgierigheid van een zwijn, die op een dertig meter afstand van mij, stond te kijken, toen ik mijn behoefte op mijn hurken zat te doen. Ja, ik had tijdens de poep-operatie, geen papier bij me en geen water. Heb mijn overall en onderbroek maar uitgetrokken en heb toen een plekje gezocht, met nog een zakdoek in mijn hand. Maar het geweer en mijn uitgetrokken kleding met alles er bij lagen vijf meter verderop. Terwijl ik nog met mijn ontlast-operatie bezig was, hoorde en zag ik een zwijn naar me kijken. Ik ging gelijk staan. Daarna stapje bij stapje richting kleding en geweer lopen. Had gelukkig het geweer snel te pakken, en bleef in mijn blootje staan kijken met het geweer in de aanslag, wat er zou gaan gebeuren. Het beest bleef staan kijken en ik durfde niet mijn broek aan te trekken. Dat heeft zeker 10 minuten geduurd. En toen vloog die weg. Ik voelde en wist wel, dat ik voor de jacht was mee gegaan, maar in deze omstandigheden, dat hij me in die hurkhouding, wel gemakkelijk aan had kunnen vallen, had ik ook niet meer het recht, hem in die kijkhouding neer te schieten. Ik heb toen snel lopend geprobeerd de groep te bereiken, maar hoorde en zag niemand meer. Zelfs door geschreeuw en het lossen van een paar schoten in de lucht, kreeg ik geen respons. Maar gelukkig werd ik toch snel gevonden en daar ben ik blij mee. Dat is het gene wat ik heb te verklaren." Het was even stil en toen begon een ieder even te lachen. De Kolonel zei toen:"Dit kan gebeuren. Ook wij hadden eerst de koppen moeten tellen, voordat we in de terreinwagens terug reden. Daardoor hebben wij ook tijd verloren, je op te sporen. Ik hoop hiermee ook mijn excuses aan te kunnen bieden bij de planter familie over dit geval." De planter ging lachend staan en zei:"Als jullie het verder naar je zin hebben gehad, aanvaard ik het excuus. En jij De Vries, ga jij eerst goed je handen wassen en geniet mee van onze rijsttafel met een drankje." En dat deed ik.
De maaltijd en vooral het drankje smaakten verrukkelijk. 2 uur later dan gepland, gingen we weer richting vliegtuig. Ik was weer blij, na leuke en minder leuke momenten van deze dag, dat ik weer in de lucht zat. De vliegtuig commandant vertelde me toen het volgende:"Richard je weet het nog niet, maar toen je vermist was zei de Kolonel tegen mij en de planter, "‘formeer een zoek groep, dood of levend, die man moet worden opgespoord ’ je begrijpt zijn reden wel. Als je niet meer was gevonden, was deze illegale pretvlucht bekend geworden met alle narigheid en vragen, die daar dan op volgen. En daar zitten we op dit moment niet op te wachten. Wij moeten hier voorlopig ook namens de Kolonel niet over praten, zoals wij dat gewoonlijk gewend zijn bij ‘Vip vluchten’. Oké?". "Ik ben het helemaal met u eens. Misschien een verhaaltje voor later", zei ik.
En zo landden wij een paar uur later in Biak. Iedereen tevreden. Alles wat die dag fout was gegaan, moest toch maar zo snel mogelijk weer worden vergeten. En er moest met je maatjes zeker niet over gepraat worden in de periode dat je hier zat. Op sensatie verhalen zat de leiding niet te wachten in een spanningsgebied. Toch genoot ik van dergelijke niet-voorspelbare zaken en uitstapjes.
De volgende dag gingen we al weer 3 dagen weg op patrouille. Kampong verkenning, vluchten maken boven Nieuw-Guinea.

  naar vorige pagina naar volgende pagina

Richard de Vries - EEN VETERAAN VERTELT

Reacties op dit artikel via het prikbord