Wasior
De districten Wandamen en Napan Weinami vielen onder de
Onderafdeling Wandamen. En de hoofdplaats van die Onderafdeling
was Wasior. Maar in 1954 besloot de Gouverneur dat Miei de
Hoofdplaats werd. Achtergrond voor dit besluit was dat de Zending
in Miei was gevestigd. Sinds 1924 had de zending daar een centrum
van zendingsactiviteiten opgebouwd.
Dit is het Districtkantoor van Wasior.
Toen ik begin 1956 in Wasior kwam, had de Gouverneur,
terugkomend op zijn eerdere besluit, Wasior net herbenoemd tot
Hoofdplaats van de Onderafdeling. Hij wilde bij nader inzien
toch Kerk en Staat gescheiden houden.
In Miei had de zending een jongensvervolgschool, die door
de heren Struijk, Vogel, Evenhuis en Rougoor geleid werden. Er
was een polikliniek waar de zusters Ruler en Wits de scepter zwaaiden.
De gouvernementsarts Dr. Leiker en hoofd van de Leprozerie was daar
woonachtig. En niet te vergeten hadden in Miei drie Chinezen
hun toko’s gevestigd.
In Wasior waren de kantoren van HPB, de BA (Bestuursassistent), en de
Politie. Ook de politiekazerne en de kleine
gevangenis waren in Wasior. Voor de ambtenaren en beambten
zijn de werkplekken daardoor makkelijker te bereiken. Vooral, omdat zij
allemaal in Wasior wonen. De loopafstand Wasior – Miei is
ongeveer 45 minuten. En dan nog een voetpad volgen die niet goed
onderhouden is.
Na het besluit om Wasior her te benoemen als
Onderafdelingshoofdplaats werd Dhr. Piet Kuipers van de RWD naar
Wasior gedirigeerd. Zijn opdracht was om in Wasior huizen te
bouwen. De toestand in Wasior was toen echt treurig. De
politietangsi ging door een windhoos tegen de vlakte. Agenten en
hun gezinnen zochten bij familie in de kampong onderdak. Enkelen
moesten zelfs pondoks (hutjes) bouwen om erin te wonen. Ook de
twee gevangenisgestraften hebben een onderkomen van rondhout met
een atapdak moeten bouwen. En het huis van de HPB en Sub
Detachementcommandant zagen er zo uit. Zie foto
En dit op de foto is het huis van de Sub Detachementcommandant.
Hierin heb ik nog een jaar lang gewoond.
Als het hard waaide, deinde ik lekker mee. Daarom heb ik na de
overname van het commando stappen ondernomen. HPB was op dat
moment Controleur A Fanoy. Hij had die functie van HPB medio
1955 van zijn voorganger Controleur Hansen overgenomen. Adjunct
Administrateur Carels assisteerde hem. En de BA
(Bestuursassistent) was een Papua. Zijn naam is mij helaas
ontschoten. Maar op de bijgaande foto is hij en
anderen die ik al genoemd heb, wel te zien.
Vooraan op de foto zit hij links naast HPB A.Fanoy en dan ik. Op
2de rij. Ha. Toon van Namen gevolgd door Zr. Ruler, Wits, AA.
Carels en de Djoeragan (Stuurman) van de Gouvernementsvaartuig “Zeehaen”.
Mijn voorganger gestresst, had namelijk zijn ontslag ingediend.
En wenste zo vlug mogelijk Wasior te verlaten.
Hij baalde dat de dienstleiding hem in de steek had gelaten en
hem in dat gat - zo noemde hij Wasior – liet modderen. Zijn hulp
geroep werd niet gehoord. Hij en ook zijn manschappen hadden al twee maanden geen loon meer gezien. Want de
salarissen moesten van Serui afkomen. Het moeder Detachement was
daar verantwoordelijk voor. Om de maand kwam er een boot langs
om post, goederen en passagiers te brengen. En waarschijnlijk
had de Detachementcommandant in Serui te laat de nodige
maatregelen getroffen om post mee te geven. Want de
“Cycloop”waarmee ik naar Wasior kwam had Serui wel aangedaan. En
een maand later doet hij Serui weer aan, maar dan op zijn retour
reis via Wasior.
Toen ik met die kustvaarder in Miei kwam, was er ook niemand van
de Politie aanwezig die mij kwam verwelkomen. Die boot legde in Miei aan
omdat Wasior toen geen aanlegsteiger had. Gelukkig deden 2
Veldwachters daar dienst. En met hun kwam ik toen naar Wasior
gelopen.
Mijn voorganger schrok zich wild, toen ik plotseling voor zijn
neus stond. Hij wist helemaal niet dat ik die dag kwam. Ook HPB
en zijn assistent waren afwezig. Zij wisten wel dat iemand Ha van
Namen zou komen aflossen. Maar wanneer die op zou komen dagen, wisten
ze niet. Toon was ziedend dat de dienstleiding een jong broekje
als ik hem liet vervangen. Hij wist dat ik maar net 7 maanden
geleden van de schoolbanken afkwam. Hij benijdde me echt niet.
Maar ook ik schrok van de situatie, zoals het daar was.
Ik kon mij echt voorstellen, dat Toon gestresst was geraakt toen ik dat
allemaal zag en hoorde. Maar ja, in die tijd wilde niemand, ook de
top, er niets van afweten dat er mensen overspannen kunnen raken. Dat
woord stress kenden wij toen niet. Maar goed, dat allemaal heeft
toen meegespeeld, dat Toon het commando van het Sub Detachement
niet had ontvangen. Van een commando overdracht, was geen sprake. Die
overdracht heeft nooit plaats gevonden. De sleutels van de twee
archiefkasten overhandigde Toon mij pas aan boord van het schip,
waarmee hij Wasior verliet. En van zijn manschappen heeft hij
ook geen afscheid genomen.
Op die manier begon mijn start in Wasior.
Een maand lang heb ik daar in feite nutteloos rondgehangen.
Gelukkig stemde Toon er op mijn verzoek in toe, dat ik de agenten elke
ochtend gymnastiek en exercitie mag geven. En op die wijze heb
ik mijn eerste contacten met de agenten gelegd. Ik kreeg van ze
te horen wat ik graag wilde weten. Door dat allemaal in mij op
te nemen, wist ik wat ik doen moest als nieuw-bakken Sub
Detachementcommandant.
Dhr. Piet Kuipers is Opzichter in dienst van de RWD. Zijn taak
is om huizen in Wasior te bouwen En hij heeft gezorgd dat Wasior
een aanlegsteiger kreeg. Zie foto.
Vanuit de zee ziet Wasior er zo uit. De aanlegsteiger en rechts
het Gouvernementsvaartuig “Zeehaen”. En drie kilometer verderop
het heuvelachtige achterland.
Met HPB heb ik de situatie van huisvesting voor de agenten
besproken. Toen hij mij vertelde dat hij daarvoor geen geld had,
vroeg ik hem toestemming om zelf een kazerne te bouwen. Na hem
mijn plannen voorgelegd te hebben, ging hij daar akkoord mee.
Ook de agenten vonden mijn plan prima en daarom heb ik dat bij
HPB Fanoy naar voren gebracht. Snel met het Dorpshoofd contact
gezocht en hem toestemming gevraagd of wij bouwmateriaal uit het
bos zouden mogen halen. Toen die geen bezwaar had, begonnen wij met de
bouw. Politiediensten werden tijdelijk stil gelegd. Alleen ’s
avonds werd wacht gelopen. Maar overdag werden alleen
corveediensten verricht. Terwijl anderen hout kapten, gingen
enkele jongens een deel van het perceel schoonmaken.
Mijn tweede stap was, HPB vragen of ik van de Zeehaen gebruik
zou mogen
maken om daarmee de Detachementcommandant in Serui een bezoek te
brengen. Om de salarissen, die nu intussen al drie maanden niet
uitbetaald waren, zelf op te
halen. Door hem daar op een nette manier over aan te spreken. Want ook de Gogos, de Chinese leverancier,
wachtte nog steeds op het geld,
dat
de Politie hem schuldig was. Antoon Fanoy keek mij verbaasd aan
en zei toen; “als je dat durft te zeggen, mag jij de boot
gebruiken”. Op die voorwaarde mocht ik toen met de boot naar Serui.
Ik moet eerlijk zeggen, dat het geen prettige gesprek is
geweest in Serui met de Detachementscommandant. Want boos was hij, omdat ik hem van te voren
niet in kennis had gesteld van mijn bezoek. Na het gesprek vroeg
de Dtc mij niet of ik voor nacht onderdak had. Maar gelukkig kon
ik bij Ha. Fred Eijsma thuis logeren en eten. Want zijn vrouw
Olga Gallas kende ik ook. Zij was een zusje van IvP. Hans Gallas en
Ha. Bert Gallas. Drie avonden heb ik bij ze thuis geslapen. En
ik was blij dat ik op de derde dag met een zak poen naar Wasior
kon terug keren.
Via Napan Weinami was ik toen naar Wasior
gevaren. Ik moest Napan Weinami aandoen om de gedetacheerde post
daar te bekijken. En natuurlijk ook met de jongens kennis maken.
Het Sub Detachement Wasior heeft in Napan Weinami een
gedetacheerde post om een oogje te houden op de doorvoer
magazijn van de Wisselmeren.
Reacties op dit artikel via het forum
|