Morning Star - officële vlag van West Papua

 

Welkom
Verantwoording
Fotogalerij
Handige Links
Reageer
Gastenboek
De Judas-kus
NieuwGuinea in media
Prikbord
Bezoekersbijdragen



 



naar vorige pagina  volgende pagina

WITBOEK


Wat beoogt de KRO er dan mee, om de heer Bonne te verzoeken onder ede een verklaring te komen afleggen, waarvan de KRO vooraf weet dat die onwaarheid bevat. De heer Bonne is hiermee zeker geen dienst bewezen. Op 27 december 1999 komen de heren Canters en Minderhout, beiden nog in goede gezondheid, voor de Rechtbank verklaren dat het getuigenis van Bonne op bovenvermelde punten "volstrekte onzin" is (bijlage 26 en 27).

12. Gegevens waarover Van Gijzel beschikte.

Naar de mening van de nabestaanden hebben niet alleen de media maar zeker ook een volksvertegenwoordiger, de plicht zich behoorlijk te informeren alvorens belastende uitspraken te doen, of de geloofwaardigheid van deze belastende uitspraken te onderschrijven. Zij hebben Van Gijzel dan ook voor een verhoor opgeroepen, teneinde er achter te kunnen komen over welke informatie Van Gijzel beschikte op het moment van de uitzending, en welke informatie hij beoogt in zijn "zwartboek" te zetten.

Bij zijn medewerking aan de uitzending beschikte Van Gijzel zoals uit getuigenverhoor door mr. Beins is gebleken (bijlagen 21 en 22) over:

  • De brief van 17 november 1998 van De Boer aan de KLM. met daarin een citaat uit een brief van Thijssen (hem door De Boer toegestuurd).

  • Verklaring van "finale kwijting" van de KLM, afgegeven aan De Boer.

  • Oude krantenknipsels (gekregen van Kockelmann)

  • Uitspraak Raad voor de Luchtvaart van 10 maart 1958 (hem toegestuurd door Kockelmann)

  • Telefonische mededeling van Kockelmann van begin december, dat hij de bewuste uitzending wilde maken.

  • Nog wat andere stukken die hij zich bij het verhoor niet meer kan herinneren.

Voorts heeft Van Gijzel in december 1998 zeker een uur met Sven Kockelmann (die hij als parlementair verslaggever goed kende) overlegd. Van Gijzel is er van uitgegaan dat Kockelmann voldoende vooronderzoek had gedaan, en heeft zijn "quote" beschikbaar gesteld op voorwaarde dat Kockelmann vooraf wederhoor zou· hebben toegepast bij de Raad voor de Luchtvaart.

Tijdens het telefoongesprek van 4 maart 1999 tussen Rob van Gijzel en Guus de Roos, wekte Van Gijzel de indruk dat hij over veel meer concrete informatie beschikte. Ook van zijn mededelingen in dit gesprek is echter gebleken dat hij die in de getuigenverhoren niet waar kon maken.

Gebleken is dat Van Gijzel nooit met Pim Thijssen heeft gesproken.
Thijssen heeft zoals vermeld hetgeen hij tegenover KRO-Netwerk en Vrij Nederland heeft verklaard, en wat hij in de brief aan Siegfried de Boer heeft geschreven grotendeels ingetrokken.
Van een 41 jaar durend spreekverbod is geen sprake geweest.
Van de tweede militair die Van Gijzel kent ("ik ken, ik heb", zoals hij dat uitdrukt), die wel wilde getuigen maar niet in de uitzending wilde, heeft niemand ooit meer iets vernomen.
Resteert de politie-agent die het relaas van de beide militairen met hun spreekverbod, zou willen bevestigen en zijn verklaring voor de heer Van Gijzel nog zorgvuldig zou uitwerken.
D De heer Schotvanger heeft echter nimmer een schriftelijke verklaring aan de heer Van Gijzel afgegeven. Zie voor de verklaringen van de heer Schotvanger het feitenrelaas in paragraaf 13.

 


Ook voor reacties op deze herinneringen kun je terecht op het prikbord/forum.

naar vorige pagina  volgende pagina