Donderdag 29 september 1949. 226 mijl gevaren. Om 6 uur reveille, om 11 uur aan stuurboord een boei gepasseerd om 12 uur waren we tussen het kanaal en de Golf van Biskaje om 3 uur een rode boei aan bakboord op 100 meter en om 6 uur een schip aan bakboord met één pijp, waarschijnlijk de Cota Inten, van 7 tot 9 uur gewacht op 400 sigaretten voor 7,65 die ik toch niet rook, om half tien in bed en een beetje zeeziek in de hangmat had ik geen last.

Vrijdag 30 september 1949. 323 zeemijlen gevaren. Om 12 uur waren we in de golf van Biskaje we hebben 21,75 bootsgeld gebeurd en een bon voor één Engels pond ter waarde van 10,72 en 5 repen chocolade en een stuk zoutwater zeep, om kwart over 3 controle over de spuitjes of we die wel gehad hadden, de mist was na de middag opgetrokken.

Zaterdag 1 oktober 1949, 331 gevaren, mooi weer verschillende schepen te zien en verders alleen water.

Zondag 2 oktober 1949. 342 mijl gevaren. ’s nachts uit bed gehaald voor brandwacht van 2 uur, van 3 tot 5 uur, ’s morgens voor het eerst land gezien sinds woensdag 28 september grote rotsen daarboven op een groot huis met een vuurtoren er op, om 12 uur zaten we in de voorwateren van Gibraltar avonds om 10 uur zullen we hem passeren, er was alleen nog maar wat licht te zien, ik geloof wel dat het mooi was, we vaarden er langzaam en een beetje vreemd ging het.

Maandag 3 oktober 1949, 341 zeemijlen. Er was niet veel bijzonders te zien, water lucht en nog eens water en lucht.

Dinsdag 4 oktober 1949. 328 zeemijlen.water en lucht, en een biljet ingevuld voor de doorreis bij Port-said of we alle gewenste en geëiste injecties gehad hebben.

Woensdag 5 oktober 1949, 338 zeemijl. De eilandjes Pantelaria en Malta gepasseerd het was een mooi gezicht, eer we Malta gepasseerd waren was het donker, er was voor de kust van Pantalaria nog  een roeibootje met daarin vissers, de kust van pantelaria was maar net te onderscheiden.

Donderdag 6 oktober 1949. 337zeemijl. Mooi weer, voor het eerst tropenkleding aan, ’s middags inspectie voor de dokter om kwart voor twee aantreden en om kwart voor 5 geholpen. avonds storm, veel jongens waren flink zeeziek.

Vrijdag 7 oktober 1949. 318 mijl gevaren. Mooi weer, beetje wind, dolfijnen gezien. ’s middags tijd om nog een brief naar huis te schrijven, die kan dan in Port-Said van boord.

Zaterdag 8 oktober 1949. 342 zeemijl gevaren. Mooi weer ’s middags om 3 uur Port- Said binnen gevaren en daar gelegen tot ’s nachts half twee, we hebben daar water getankt, het wemelde van parlevinkers kooplui die van alles te koop hadden als ze 25 gulden hadden, en dan kon je het afdingen tot 7 gulden, het was een pracht gezicht al die bootjes er om heen.

    

Zondag 9 oktober 1949. 40 zeemijl gevaren. Toen ik boven aan dek kwam lagen we in het Suez kanaal langs de kant om een partij andere boten van de tegenover gestelde richting te laten passeren omdat het verderop te smal was, we zagen grote woestijn vlakten aan beide zijde een spoorbaan en aan stuurboord zijde lag ook nog een mooie asfaltweg naast, er was ook een overzet pont voor de trein, hier en daar stond er lucht afweer, vrouwen zagen we lopen met tonnetjes water op hun hoofd. Er waren mooie woningen en ook verschrikkelijke krotten. We zagen een ploeg werkvolk bezig om een gat te vullen dat deden ze met mandjes achter op hun nek sjouwen en daar moesten ze een 50 meter mee lopen. We hebben ook verschillende blanken gezien. De mannen lopen daar in rokken verschillend van kleur en in gewone werkkleding en de vrouwen in het zwart gesluierd net nonnen. Om 4 uur kwamen we in Suez aan en daar hebben we voor anker gelegen en zijn er zwarte kisten aan boord gebracht, daarna zijn we weer gaan varen, we zagen weer mooie huizen en een flat, toen we weer buiten de haven waren was het weer snel donker, dus hebben we niet veel meer gezien van de kust.

Maandag 10 oktober 1949. 280 mijl gevaren. We vaarden op de Rode zee daar was het vreselijk heet, het water voor drinken en douche was gewoon warm, je friste er niet veel van op.

Dinsdag 11 oktober 1949. 323zeemijl.Vreselijk heet als gisteren, we zagen een vuurtoren met een huisje er onder daar zit een kluizenaar in, er is geen land in de omtrek te bekennen.

Woensdag 12 oktober 1949. 335 mijlgevaren. Ik was de pisang voor 3 dagen corvee, het was weer vreselijk heet en haast niet om te werken, je was zo nat dat je niet kon zien of je onder de douche vandaan kwam, zo nat was je.

Donderdag 13 oktober 1949. 327 mijl gevaren, weer corvee ’s avonds alleen nog even terug komen voor de soepgroente, waren vlug klaar, om 4 uur in Aden het was daar een pracht gezicht ik heb 3 foto’s genomen we kwamen aan een paar boeien te liggen waarnaast een olie installatie was aan bakboord werd er water getankt het wemelde er rondom van de roeibootjes die sigaretten te koop aanboden en kleedjes 100x50 cm met een panter er op, kosten 7,50, een tafelkleed 20 a 25 gulden ’s nachts zijn we weer vertrokken, de bemanning mocht in Aden van boord.

Vrijdag 14 oktober 1949. 123 mijl gevaren. corveeën ’s morgens om kwart voor 8 beginnen eerst lege kisten naar beneden brengen, daarna macaroni naar klein magazijntje, toen helemaal van onder in het achterschip 3 dozen spinazie gehaald die wegen 16 kg en over de keuken verdeeld en waren we voor de morgen klaar, om half 11 weer begonnen met vis sjouwen, het was een heel stuk ijs, en daarna drie keer soep, en 120 kisten aardappelen uit het op een na het onderste ruim gehaald, daarna zijn we gaan eten, om 5 uur weer begonnen eerst aardappel kisten naar beneden en daarna gepitte aardappels naar de koelkast brengen, knolrapen gehaald en verdeelt over de keukens uit het voorste magazijn. toen savooien kool uit de koelkast gehaald 26 stuks overal van, en daarna nog lege kisten in de keuken vooruit gehaald.

Zaterdag 15 oktober 1949. 307 mijl gevaren. koel weer op grote afstand eilandjes gezien een school bruinvissen  die zwommen vooruit, ’s avonds veel kwallen gezien grote deining in het water ’s nachts is de klok voor de derde keer een uur vooruit gezet.

Zondag 16 oktober 1949. 335 zeemijlen gevaren, gewoon Hollands weer, je kunt er gewoon niet veel van merken dat het zondag is, half 10 naar de mis en 7 uur naar het avond gebed, dat is al wat je ken merken dat het zondag is.

Maandag 17 oktober 1949. 301 mijl gevaren. ’s nachts de klok weer 1 uur vooruit gezet 4x, een brandwacht met G.Spaargaren van 1 tot 5 maar zijn beide in slaap gevallen.

Dinsdag 18 oktober 1949. 328 zeemijlen gevaren. Volendammer kermis ’s morgens wassen ’s middags kermis vieren het was aardig voor ons, de tenten waren gemaakt van allerlei vlaggen van de wereld, we hadden gratis limonade, maar daar moest je wel een flinke poos voor in de rij staan, er waren allerlei standjes, sjoelbakken, ringen gooien, paardenrennen op het promonade dek, er was ook een echt pierement en mensen met een accordeon, avonds na afloop polonaise, ze trapte je benen er zo af, zo druk was het, na afloop kon je een hartig hapje krijgen van de chef hofmeester, maar dat heb ik maar niet gedaan, want eer je aan de beurt ben ging er enige tijd overheen.

Woensdag 19 oktober.1949, 334 mijl gevaren. Niets anders dan water en lucht, ’s middags lullen-inspectie, klok een uur vooruit dit is de 5 de keer.

Donderdag 20 oktober 1949. 321 zeemijlen gevaren. Evenaar gepasseerd Neptunus God van alle zeeën aan boord geweest en de doop gegeven, sommige moesten verantwoording komen afleggen, en werden daarna ingesmeerd met een vuile smurrie en toen in een bad gegooid, zo ben ik er ook doorheen gegaan en, ik ben een gympje schoen in de plomp kwijt geraakt, ik kreeg nog een hoop smurrie in mijn gezicht, maar het ging er nog al makkelijk van af, de Majoor moest er ook aan geloven, toen hij in de bak sprong ging er een geweldig applaus af, hij wist wel Neptunus te omzeilen die had vast zijn snor behandeld, we kregen allemaal een diploma, dat de God der zeeën verklaarde dat we geschikt zijn bevonden, om alle zeeën te bevaren, vannacht de klok weer een uur vooruit gezet voor de 6 de maal, ik ben om half negen naar een cabaret uitvoering geweest, gegeven door gezamenlijke compagnieën.

                        

Zaterdag 22 oktober 1949. 321 zeemijlen gevaren, gewoon Hollands weer, zo nu en dan plensbuien die je aan ziet komen. 1 zeemail = 1852 mtr.