|
Papoea-pop
'We hebben recht op de vluchtelingenstatus'
In Indonesië wonnen ze nog gouden platen en traden op in
voetbalstadions voor 125.000 mensen, maar nu ze uit het voormalige
Nederlands Nieuw-Guinea naar Nederland zijn gevlucht moeten ze
weer helemaal opnieuw beginnen. Roel van Dalen zocht The Black
Brothers op in Hoogeveen. 'Papoea's passen niet in
Nederland, dat zie je zo.'
door Roel van Dalen
Uit Haagse Post van 8-8-1981
Andy Ayamiseba wijst trots op het witte T-shirt dat
strak om zijn lichaam zit. Het is bedrukt met een tekening van
West-Papoea (het voormalige Nederlands Nieuw-Guinea) en de tekst
West Papua my home is my country. Mooi hè? Enkele andere groepsleden
dragen ook zo'n T-shirt, maar dan in het geel. De opbrengst van de
verkoop is bestemd voor de vluchtelingen uit hun land. De groep is
op weg naar de repetitieruimte, een grote schuur iets buiten
Hoogeveen, tussen boerderijen. Het stikt er van de vliegen. Het is
nog vroeg en de televisieuitzending van het huwelijk van Charles en
Diana is nog in volle gang. Liever hadden ze het even uitgekeken,
want zo'n sprookjeshuwelijk zie je niet iedere dag. Maar om twaalf
uur zouden ze beginnen met de repetitie, net als altijd. Die
repetities op dinsdag e'n woensdag zijn ook hard nodig. Nederland is
moeilijk plat te spelen, hebben ze al gehoord. In de schuur gaat
Andy direct achter het mengpaneel zitten. Hij is de leider en
manager van de uit zeven man bestaande Papoea-groep The Black
Brothers. Hij spreekt Nederlands met een grappig accent. Een paar
anderen spreken het ook, maar veel minder goed. De groepsleden
beginnen de instrumenten te stemmen en in plaats van een gewone
repetitie geven ze een concert voor de enige aanwezige bezoeker.
Asiel
The Black Brothers en hun families vertrokken in februari 1980 uit
Indonesië om zich in Nederland te vestigen. Niet omdat ze zo graag
wilden emigreren, maar de politieke situatie dwong hen daartoe. In
Nederland aangekomen vroegen ze politiek asiel aan. Het verzoek werd
afgewezen. Begin juli, anderhalf jaar na de aankomst op Schiphol,
verleende staatssecretaris Haars van Justitie de 21 Papoea's een
verblijfsvergunning.
Nu hopen ze zichzelf met hun muziek in leven te houden. Lukt dat
niet, dan gaan de groepsleden gewoon ergens in loondienst. Maar
zover is het nog lang niet. Volgens Andy zijn The Black Brothers nog
niet rijp voor de Nederlandse podia. Eerst een gedegen
voorbereiding, dat staat voorop. Intussen kan Andy de situatie in
Nederland bestuderen. Hij weet niet hoe je hier in de muziekwereld
mee kunt draaien, 't Zal wel moeilijk zijn om je in Nederland in the
picture te spelen. Wie heeft er hier nu ooit van The Black Brothers
gehoord? Niemand toch.
In een aantal Nederlandse kranten stond vorig jaar dat The Black
Brothers, net als de guerrilla's in de jungle van West-Papoea, tegen
de Indonesiërs hadden gevochten. Ook zouden leden van de groep
betrokken zijn geweest bij de aanslag op een pijpleiding daar. Klopt
niks van, zeggen enkele Black Brothers. Zij vochten volgens een
ander systeem. Er zijn vele manieren om te vechten. De guerrilla's
in de jungle behoren tot de onafhankelijkheidsbeweging Operasi Papua
Merdeka (OPM), die sinds 1965 de Indonesiërs probeert weg te krijgen
uit West-Papoea, zoals de provincie hardnekkig door de
Papoea-bevolking wordt genoemd. De OPM is slecht gecoördineerd.
Wanneer iemand een goed idee denkt te hebben, voert hij het uit.
Zonder overleg. Het is voor de beweging ook heel moeilijk de
krachten te bundelen. De leden van de vrijheidsbeweging kunnen niet
uitwijken naar het oostelijk deel van het eiland, het sinds 1975
onafhankelijke Papoea Nieuw-Guinea. En de aanwezigheid van
Indonesische militairen verhindert iedere vorm van organisatie in
het land zelf.
The Black Brothers verleenden hen logistieke steun. Zij stuurden
geld, waarmee de vrijheidsstrijders wapens en kleren konden kopen.
Betrouwbare Papoea-koeriers brachten het geld naar de guerrilla's.
Je moest er natuurlijk wel zeker van zijn dat het safe was. Als het
geld in Indonesische handen viel, zou het spelletje afgelopen zijn.
The Black Brothers zochten daarom zelf nooit contact met actieve
OPM-leden. Het verband tussen de bekende muziekgroep en de
onafhankelijkheidsbeweging mocht absoluut niet gelegd worden.
Identiteit
De oprichting van The Black Brothers in 1974 was volgens eigen
zeggen het begin van een masterplan. Net als de meeste Papoea's
wilden de groepsleden onder het juk van de Indonesiërs vandaan maar
als individu was het erg moeilijk het land uit te komen. En een
muziekgroep kreeg nu eenmaal gemakkelijker een uitreisvisum, al was
het alleen maar voor een buitenlandse tournee. Onder deze cover
zouden zij het land kunnen verlaten. De tweede reden voor de
oprichting was een educatieve. De jonge Papoea-generaties zouden
kunnen zien dat West-Papoea wel degelijk een eigen cultuur heeft,
ondanks dat Indonesië die cultuur al jaren probeerde te
onderdrukken.
Die eigen identiteit moet bewaard blijven, vindt Andy: „Als wij een
onafhankelijke natie willen zijn, moeten we ook onze cultuur kunnen
laten zien. We zijn er op gebrand iedereen duidelijk te maken dat
onze cultuur heel anders is dan die van Indonesië. Dat land
verloochent de eigen cultuur en neemt alles over van het Westen." In
West-Papoea trad de groep
daarom op in traditionele Papoea-kledij en met huidbeschilderingen. De
muziek is te omschrijven als Afro-rock. „Wilde muziek met veel
ritme," zegt Andy, „net als onze cultuur." |
|
Het doet denken aan de muziek van de Afrikaanse rockgroep
Osibisa. The Black
Brothers spelen ook veel Papoea-tradionals, waarbij groepsleden, en vier
of vijf dansers, oude inlandse dansen laten zien. Het overbrengen
van do teksten is een probleem. Nederlanders verstaan de taal niet.
De groep is al druk bozig de Papoea -teksten in het Engels te
vertalen. Je moet ten slotte kunnen communiceren. De teksten zijn
het belangrijkste element in de muziek. Ze gaan over de
onafhankelijkheidsstrijd, over de politieke situatie in West-Papoea,
over Indonesië.
Maar de groep moet uit commerciële overwegingen rekening houden met
het land waarin ze optreedt. Hoe moeten politiek engagement én
Papoea-muziek overgebracht worden op het Nederlandse publiek? Men
kan hier hier snel gaan denken dat er weer zo'n raar groepje is
opgedoken dat pleit voor een mistige onafhankelijkheid.
Tot hoever mag de ideologie in de muziek doorklinken en in hoeverre
moeten er concessies gedaan worden in het overbrengen van De
Boodschap? Deze factoren spelen de belangrijkste rol bij het
verkopen van The Black Brothers. Over de redenen van het vertrek uit
het thuisland heeft ieder groepslid wel een ander verhaal te
vertellen.
Andy was president-directeur van een im- en exportbedrijf. De
Indonesische militairen kwamen hem gewoon in zijn kantoor opzoeken
om geld te vragen. Dan zei zo'n officier: Ik heb geld nodig want ik
ga een paar dagen met verlof naar Djakarta. In het begin verdomde
Andy het. Dat kostte hem meteen twee weken gevangenisstraf. Zijn
mede-directeur kon hem dan weer vrijkopen. Iedere week of maand
moest hij een aanzienlijk bedrag afdragen, wanneer de militairen
maar geld nodig hadden. Deed hij het niet, dan was er gewoon een
rapport binnengekomen waarin Andy als OPM-lid of sympathisant werd
afgeschilderd. En dat is strafbaar.
Tegen Henkie, die pianist van The Black Brothers, zeiden de
militairen dat de groep op een feest van een hoge officier moest
spelen. Hij mocht wel weigeren hoor. maar dan werd hij wei in elkaar
geslagen of de gevangenis ingegooid. En aan betaling hoefde de groep
helemaal niet te denken. Andy: „Alle kanalen om een kleine zakenman
wat geld te laten verdienen zijn gesloten. De Indonesiërs maken de
mensen kapot. ledere Papoea-zakenman die geld verdient, is een
potentiële aanhanger van, de onafhankelijkheidsideologie en kan dus
de OPM financieel steunen Daarom moeten ze klein gehouden worden,
dat is de zienswijze van de Indonesiërs."
Vluchten
The Black Brothers werden al snel na hun oprichting de bekendste
groep van West-Papua. Toen zij de mogelijkheden onderzochten om naar
Papoea Nieuw-Guinea te emigreren, werd dit direct door de
Indonesische regering verboden. Bovendien wisten de groepsleden niet
of de regering in Papoea Nieuw-Guinea hun asiel wilde verlenen als
zij zouden vluchten. Tenslotte onderhield het land goede
betrekkingen met Indonesië. Nederland zou dan een veel beter land
zijn om asiel aan te vragen. Het werd daar wel een stuk moeilijker
om contact met de OPM te houden, maar alles was beter dan leven in
onderdrukking.
Direct afreizen naar Nederland was ondenkbaar, dat besefte de groep
heel goed. Het masterplan werd veranderd. The Black Brothers zouden
Indonesisch worden. Ze zouden in Djakarta gaan wonen en zich min of
meer laten nationaliseren. Daarmee konden ze een behoorlijk
vertrouwen wekken. Gewoon integreren in de Indonesische gemeenschap.
Als The Black Brothers bekend zouden worden als een puur
Indonesische groep, zouden de leden veel meer bewegingsvrijheid
krijgen en gemakkelijker kunnen vluchten. Een soort investering voor
een overtocht naar Nederland.
Andy Ayamisebo vertrok in 1975 naar Djakarta om de verhuizing voor
te bereiden. Een jaar later kwam de hele groep, inclusief
familieleden. In datzelfde jaar werden platen gemaakt en een paar
maanden later waren The Black Brothers een crack. Duizenden posters
werden gedrukt en de groep kwam regelmatig op radio en televisie.
Natuurlijk was het onmogelijk in Indonesië de militante teksten te
handhaven. De groep zat in het hol van de leeuw. Dus zongen ze
liedjes die handelden over het verschil tussen de armen en de
rijken. De Indonesiërs dachten dat het over de situatie in hun land
ging. Mis. De armen in de liedjes waren Papoea's. Wisten die
Indonesiërs veel. De bekendheid was daarom een morele overwinning
voor de groep. Na een miljoenenverkoop ontvingen de leden zelfs een
gouden plaat.
In de drie jaar dat The Black Brothers in Indonesië woonden, wekten
ze het vertrouwen van de Indonesische regering. De teksten waren
immers veranderd, de traditionele Papoea-kleding had plaatsgemaakt
voor een snelle, westerse outfit, de show onderging een metamorfose
en de concerten leken op die van westerse rockgroepen. Bladerend
door de foto-albums van The Black Brothers zie je de groep een
flitsende show weggeven in een voetbalstadion, gevuld met 125.000
enthousiaste mensen. In die tijd trad de groep niet eens op voor
minder dan 20.000 mensen. |
|
|
|
|