Simon
Wamea was een gevangene, die gelaten zijn straf onderging. Toen
hij het zedendelict beging was hij politieagent en wist daardoor
wel wat hem te wachten stond als zijn daad aan het licht zou
komen.
Deze kwam aan het licht en Simon moest drie jaren
brommen. Hij bromde nooit, maar bleef in de gevangenis altijd
iets uitstralen van de hem bij de politie bijgebrachte
discipline. Als er in de gevangenis iets broeide, wat een enkel
keertje kon gebeuren, was hij het die hiervan melding maakte.
Waarschijnlijk voelde hij zich als expolitieman hiertoe
verplicht.
Hij werkte rustig in de werkplaats en wierp zich in
z'n vrije tijd met schaar en tondeuse op de weerbarstige krullen
van zijn lotgenoten, hetgeen hem een extra premie van tien cent
per hoofd opleverde.
Uiteraard kon hij na afloop van zijn straf
niet meer bij de polite terugkomen, doch werd hij in zijn eigen
plaats Sarmi aan een baan geholpen bij de Residentie Waterstaat
Dienst. Dit beviel hem op den duur waarschijnlijk niet, want ik
ontving de volgende in zijn beste Nederlands gestelde
sollicitatie:
Sarmi 18-10-1960
Aan:
de Directeur v/d Centrale Gevangenis Hollandia-Binnen
te Hollandia
Hooggestrenge heer
Hiermee wil ik solliteren naar
de betrekking van de Gevangenis beamte (mantri Bui). Ik ben
geboren op 1-3-1926 te Serui (Jappen timur), heb ik de
dorpschool te Serui doorlopen, en heb ik de Politie school
gvolg. Nu werk ik bij de Dienst van Res-Waterstaat te Sarmi
stad. Nu verzoek ik U met beleefd verbonden.
Uw mocht mijn wat een plaats
geven aan u afdeling. Mocht uw berich geven, als u goed is
gevonden.
Tenslotte hopend en danken ik
met heel beleefd. Als U een plaats heb, mocht u aan mijn een
bericht geven. Ik hoop dat ik daar komen.
Thanks'
door
mij: Hopend op een gunstig antwoord,
M.M.S.Wamea
Met de meeste hoogachtend
R.W.D.kantoor te Sarmi
Dag.......
Groeten en danken.
Hartelijk dank
Sorry, Simon……..dag……
Reacties op dit artikel via het forum
|