Morning Star - officële vlag van West Papua

 

Welkom
Verantwoording
Fotogalerij
Handige Links
Reageer
Gastenboek
De Judas-kus
NieuwGuinea in media
Prikbord
Bezoekersbijdragen



 



naar vorige pagina  volgende pagina
neutron
De familie MacMootry in gelukkige tijden,
het jongetje helemaal rechts is Don.

Noordhollands Dagblad : Stad & Streek vrijdag 7 mei 1993

Uitgeester verwerkt verlies familie door herstellen kerkklok

MacMootry onsterfelijk in Mokmer

UITGEEST/MOKMER - Donald MacMootry voelt zich geen weldoener en is niet trots op wat hij heeft gedaan. Hij voelt zich enkel voldaan en vrij. Vrij van het opgekropte rouwproces over het verlies van ouders, broers en zus. Die verloren het leven bij een vliegtuigongeluk op 16 juli 1957 bij het Indonesische eiland Biak, deel van het huidige Irian Jaya. MacMootry was toen twaalf en zat in Nederland op school. Pas dit jaar heeft de Uitgeester de pijn verwerkt. Dat deed hij door terug te gaan naar de plek van het ongeluk, er rond te lopen, te praten met mensen die zijn familie kenden, herinneringen op te halen. Maar hij deed dat vooral door ter plekke een in onbruik geraakte kerkklok op te knappen, die daar door overlevenden van de ramp was gebouwd. Zo maakte hij zich in het Indonesische dorpje Mokmer onsterfelijk, tot een weldoener. Maar MacMootry is slechts voldaan en vrij.

Het vliegveld van Biak vormt een belangrijke schakel in het vliegverkeer tussen Jayapura, het voormalige Hollandia op Irian Jaya, en 'het westen'. MacMootry's naaste familie was in juli '57 op weg naar het westen om hem in Nederland te ontmoeten. MacMootry ging hier naar school. Tot die hereniging is het nooit gekomen. Even voordat het vliegtuig Biak voor een tussenlanding zou aandoen, stortte het in zee. De oorzaak is nog steeds duister. Het vliegtuig brak in tweeën, waarvan het voorste deel rap zonk, met medeneming van een fors aantal passagiers. Het achterste deel bleef geruime tijd drijven. In totaal tien van de 56 passagiers konden worden gered. De redders waren bewoners van het Papua-eiland Biak die een uur met hun prauwen moesten roeien om op de plek des onheils te komen. Tien mensen overleefden maar MacMootry's familie niet. Een jaar na het ongeluk hebben de overlevenden uit respect voor de doden en uit dankbaarheid voor hun redders in Mokmer, het dichtst bijzijnde kustplaatsje, een soort gedenkteken geplaatst. In Heiligerlee lieten zij een 150 kilo zware kerkklok met opschrift maken, die zij ophingen in een stellage van drie meter hoog, naast de hervormde kerk van Mokmer. Zo werd het dorpje voor altijd vereenzelvigd met ramp uit '57.

neutron
Een graveur van de klokkengieterij van de Gebroeders van Bergen te Heiligerlee bezig met het aanbrengen van de tekst op de luiklok,welke zal komen te hangen in de protestantse kerk te Biak. Opdracht tot vervaardiging van deze klok is verleend door een commissie van nabestaanden van de slachtoffers van de ramp met de Neutron. Vrij vertaald luidt het inschrift: Blijk van dankbaarheid voor het goede werk bij de Neutron-ramp 16-7-'57.

Donald MacMootry, geboren in het Javaanse plaatsje Tegal was na het ongeluk plots alleen, maar redde het. Van zijn familie werd enkel het stoffelijk overschot van zijn moeder teruggevonden en geïdentificeerd. In mei '58 is zij op de Beverwijkse begraafplaats Duinrust begraven. Hierna heeft hij de draad opgepakt en gepoogd de ramp te vergeten. De elektrotechnicus woont nu in Uitgeest, maar voor hoe lang nog. De ramp heeft hij niet kunnen wegpoetsen uit zijn herinnering. Twee keer is hij inmiddels op Biak geweest. "Heimwee heb ik. Ik zou er best willen gaan wonen, er een huisje kopen. De verbondenheid met de mensen, de warmte: dat heeft me goed gedaan."

Rouwproces

In 1991 ging hij voor het eerst terug. "Ik heb nooit een rouwproces doorgemaakt. Ik wilde het vergeten. Uiteindelijk zijn mijn vrouw en ik, op haar aandringen, naar Indonesië gegaan. Dat was 35 jaar na de ramp en nadat ik er voor het laatst was geweest. Toch, bij aankomst werd ik herkend. De mensen kenden me daar nog via mijn vader, ze waren hem niet vergeten. Iedereen weet nog wat er toen is gebeurd. De gemeenschap is daar zo hecht." MacMootry wilde dat jaar het massagraf zoeken waar de niet-geïdentificeerden waren begraven. "Al was het alleen maar om er een bloemetje te kunnen leggen om zo mijn familie een laatste eer te bewijzen." Hij vond het niet. Wel vond hij het monument, de kerkklok bij het kleine kerkje. Met toestemming van de pastoor probeerde hij de klok te luiden. Toen bleek de herinnering aan het ongeluk standvastiger dan het monument ter nagedachtenis ervan. MacMootry: "De toren stond te schudden onder het gewicht van de klok. De kogellagers van de draaias van de klok waren kapot. De toren stond gewoon op instorten. Dat deed me pijn. Op dat moment hebben we besloten bij een volgend bezoek de klok te restaureren. Dat ding moest weer luiden zoals dat hoort." Dat volgende bezoek brachten hij en zijn vrouw afgelopen februari. Via familie en vrienden kreeg hij het benodigde materiaal en geld. 'Groots' noemt hij nu die steun. Met achttien kilo roestvrij staal aan bouten, moeren en gereedschap in de koffers, vertrok hij op 3 februari vanaf Schiphol. Gewapend met een ijzeren wil, de juiste visa en documenten

Weg terug

Nadat hij de eerste dag in een hotelkamer een bouwtekening had gemaakt, werd het tijd spijkers met koppen te slaan. Concreet: de toren moest eerst met de grond gelijk gemaakt. De groenverkleurde klok, in geen dertig jaar schoongemaakt, werd met grote zorg uit de wankele stellage gehesen. Daarna moest de toren het ontgelden. Met een ferme duw bracht MacMootry de klokkentoren uit balans waardoor deze ter aarde stortte. "Toen ging er een schok door me heen. Ik besefte dat er geen weg meer terug was. Ik moest die nieuwe toren nu helemaal van de grond af opbouwen." Maar hij stond er niet alleen voor. "Vanaf de eerste hamerslag kreeg ik gelukkig hulp van de lokale bevolking. Dat was fantastisch. De meeste waren te jong om het ongeluk zelf te hebben meegemaakt. Ze hebben alles van horen zeggen. Dan kwamen ze naar me toe en zeiden: 'Mijn vader was ook redder'. Dat gaf direct een gevoel van enorme verbondenheid. Voor het benodigde hout bleek MacMootry naar eigen zeggen weer gesteund door het geluk van 'onze lieve heer'. Via de pastoor van de kerk kwam hij in contact met een Nederlandse houthandelaar die daar was gevestigd. Deze schonk MacMootry nota bene het benodigde hout. Het hout had alleen twee nadelen. Het was hardhout en iétsje te lang. "Ja, het was niet te zagen. De toren is daarom een stukje hoger geworden dan het origineel was bedoeld. Maar deze blijft wel zeker honderd jaar staan."

Afscheid

Eén dag heeft MacMootry besteed aan het bezoeken van de precieze plaats waar het vliegtuig met zijn familie is neergestort. "Een emotioneel moment. Samen met de dorpelingen zijn we met prauwen naar de plek geroeid. Er was zelfs een koor meegevaren. Terwijl ik een krans te water liet, zongen zij kerkelijke liederen. Ja, ik heb gehuild, veel gehuild, maar had ook een enorm blij gevoel door zoveel medeleven. Toen we terugvoeren neuriede het koor met slechts het klotsende water als begeleiding. Dat was mijn afscheid van mijn familie." Na een kleine drie weken had MacMootry het torentje weer op poten staan. De opgepoetste klok hing op zijn plek. Plechtig werd de toren weer in gebruik genomen. MacMootry mocht als eerste de klok luiden. Hij voelde geen trots, hij had een missie volbracht, dat was alles. De bevolking dacht daar echter anders over. MacMootry had zich onsterfelijk gemaakt. Vandaar dat hem een gedenkbord is aangeboden dat nu bij de klok hangt. "Maar wat heb ik in feite gedaan. Een eenvoudig houten torentje bouwen" Nee, ik ben geen weldoener, maar de dankbaarheid van die mensen was zo groot... Voldaan." Nog steeds is MacMootry van plan het massagraf met de onbekende slachtoffers te vinden en dat bloemetje er neer te leggen. Maar, de pijn van het verlies heeft hij inmiddels verwerkt. Nu wil hij die mensen gewoon helpen omdat zij dat nodig hebben. Niet meer om met zichzelf in het reine te komen. Tijdens zijn verblijf lieten in het dorpje zeker zes mensen het leven door malaria. "Binnenkort ga ik weer terug, met medicijnen tegen malaria. Ze hebben zo weinig. Zo kan ik tenminste iets terugdoen."


neutron
Luidklok Biak 1998

neutron
De door de nabestaanden in Nederland vervaardigde klok
met de Biakse tekst
"Munarus ro fararur pjun ro Neutron ani 16 - 7 - 1957".
(Info: S. de Groot - Licher)


neutron

neutron


Ook voor reacties op deze herinneringen kun je terecht op het prikbord/forum.

naar vorige pagina  volgende pagina